Experimenteel onderzoek naar de invloed van herhaaldelijk controleren op het metageheugen

Abstract

Patiënten die lijden aan obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) hebben in reactie op compulsies de neiging om herhaaldelijk te controleren. Compulsief gedrag kan leiden tot negatieve gevolgen en het leven aanzienlijk beperken. Voor het beter in kaart brengen van de onderliggende factoren van compulsiviteit, is het van belang om een paradigma te ontwikkelen die deze factoren inzichtelijk maken. Uit eerdere studies is gebleken dat preservatief controleren leidt tot geheugenonzekerheid voor de gecontroleerde stimuli. Uit één van deze studies kwam naar voren dat bij gezonde participanten, het herhaaldelijk controleren van gasringen en lampen leidt tot OCS-achtige onzekerheid over de herinnering van de laatste controle. In deze studie is geen reactietijdmeting uitgevoerd, waardoor het effect van moeilijkheid van de condities niet gecontroleerd kan worden. Het doel van de huidige studie is om de effecten van voorgaande studies te repliceren, maar dan met een paradigma waarbij wordt gecontroleerd op moeilijkheidsverschillen. In een experiment met 80 gezonde participanten is er getest of preservatief controleren van objecten (lampen of gaspitten) leiden tot vermindering van het metageheugen tijdens een pre/post test. Participanten in de controle conditie zijn blootgesteld aan een andere stimulus dan tijdens de pre/post test. In de experimentele conditie was er een daling van het metageheugen ten opzichte van de controle conditie. Er was geen verschil in effect van herhaaldelijk controleren tussen de twee stimulus typen: gas ringen en lampjes. Dat wil zeggen dat het effect van herhaaldelijk controleren (relevant) optradt in zowel de gasconditie als de lampen conditie. Dit effect tradt op ondanks dat de reactietijden tussen de condities lampen en gaspitten verschilden. De reactietijden met het stimulus lamp waren groter dan de reactietijden bij de stimulus gas. Dit betekent dat de taak met de stimulus lamp dus lastiger is dan bij de stimulus gaspit. Er was echter geen verschil in reactietijd voor de stimuli wanneer er afzonderlijk werd gekeken naar de experimentele conditie. Het is wel gebleken dat het effect van preservatief controleren optreedt bij beide stimuli. Toekomstige studies zouden kunnen determineren of een animatieprogramma met dezelfde moeilijkheidsgraad de resultaten van herhaaldelijk controleren heeft gebiased. Bovendien kan er onderzocht worden of preservatief controleren afhankelijk is van de gebruikte stimulus (gaspitten en lampen) en het effect van herhaaldelijk controleren optreedt ongeacht de gebruikte stimulus.