Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorKerkhoff, A.O.
dc.contributor.advisorDe Klerk, M.K.A.
dc.contributor.advisorKeij, B.M.
dc.contributor.authorHouben, E.
dc.date.accessioned2015-09-04T17:00:47Z
dc.date.available2015-09-04T17:00:47Z
dc.date.issued2015
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/24444
dc.description.abstractDyslexie is een taalstoornis, met lees- en spelproblematiek als belangrijkste kenmerk. Uit onderzoeken is gebleken dat er een fonologisch kernprobleem aan ten grondslag ligt. Verder bestaat er een hoge comorbiditeit tussen dyslexie en andere ontwikkelingsstoornissen, waaronder de aandachtsstoornis ADHD. Daarnaast is in de afgelopen decennia duidelijk geworden dat dyslexie een genetisch aspect heeft; kinderen hebben een veel grotere kans dyslexie te ontwikkelen als één van hun ouders de taalstoornis heeft. Om te onderzoeken of kenmerken van het fonologische kernprobleem (en een eventuele comorbiditeit met aandachtsstoornis ADHD) ook al zichtbaar zijn bij kinderen die nog niet hebben leren lezen en schrijven, zijn 28 kinderen van 3,5 tot 4,5 jaar oud, met een risico op dyslexie, getest op hun fonologische vaardigheden, taalontwikkeling, aandacht, spelgedrag, sociaal-emotionele ontwikkeling en motorische ontwikkeling, en vergeleken met een even grote groep leeftijdsgenoten zonder risico op dyslexie. Uit het onderzoek bleek dat de risicokinderen slechter scoorden op de fonologische non-woord repetitietaak en de visuele aandachtstaak. Ook bleek er in de sociaal-emotionele ontwikkeling een trend te zijn dat de proefpersonen met een familiair risico op dyslexie iets liever alleen spelen dan de kinderen uit de controlegroep. Op de bredere taaltaken (vocabulaire en morfologie) scoorden alle kinderen echter even goed. Ook uit de data over spelgedrag en motoriek bleek geen verschil tussen beide groepen. Deze resultaten laten geen overtuigend bewijs zien voor een verminderde fonologische verwerking bij kinderen met een risico op dyslexie; het Snel Benoemen test namelijk ook de verwerkingssnelheid, het onderliggende kernprobleem van ADHD. Ook de lage score op de aandachtsmaat kan wijzen op kenmerken van ADHD. Wel ondersteunt dit laatste resultaat de claim dat aandachtsproblemen bij kinderen met een risico op dyslexie niet (alleen) veroorzaakt worden door een achterstand in de leesvaardigheid; de proefpersonen hebben immers nog niet leren lezen. Verder onderzoek zal moeten uitwijzen of de risicokinderen dyslexie ontwikkelen zodra ze leren lezen en of dan wel hun vocabulaireontwikkeling en morfologische ontwikkeling zullen stagneren. Daarnaast zal uit vervolgonderzoek moeten blijken of de lagere scores op de fonologische- en aandachtstaak inderdaad voorlopers zijn van ADHD of toch van dyslexie (of van beide ontwikkelingsstoornissen).
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent896976
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleHet effect van een familiair risico op dyslexie op de taalontwikkeling, aandacht en motoriek van peuters en kleuters.
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsdyslexie, taalontwikkeling, aandacht, motoriek, familiair risico, peuters, kleuters, taalstoornis, aandachtsstoornis, ADHD
dc.subject.courseuuTaal- en cultuurstudies


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record