Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorSmulders, Wilbert
dc.contributor.advisorStolk, Fabian
dc.contributor.authorHartingsveldt, M. van
dc.date.accessioned2016-08-30T17:00:35Z
dc.date.available2016-08-30T17:00:35Z
dc.date.issued2016
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/23899
dc.description.abstractDit eindwerkstuk bestaat uit diverse onderdelen. Allereerst bevat het een populair-wetenschappelijke tekst over Johanna van Woude, oftewel Sophie van Wermeskerken-Junius. Deze tekst is biografisch van aard en belicht de belangrijke momenten uit het leven van Johanna van Woude. Kortgezegd geeft de tekst aan dat Johanna van Woude een schrijvende moeder en echtgenote was. Ze schreef boeken, verhalen, maar ook artikelen voor het tijdschrift De Hollandsche lelie, waar ze een tijd hoofdredacteur was. In haar boeken staat vooral het huwelijk centraal. Van Woude kwam op een tragische manier aan haar einde. Nadat ze verdacht was van een poging tot vergiftiging van haar man, ging het bergafwaarts met haar. Ze was regelmatig ziek en werd uiteindelijk opgenomen in een gesticht, waar ze overleed. Daarnaast bevat dit eindwerkstuk een overzicht van de primaire en secundaire werken van Johanna van Woude. Deze secundaire werken bestaan uit biografieën over Van Woude, recensies van haar boeken en diverse artikelen uit (literaire) tijdschriften. Deze zijn samengevat en ook wordt aangegeven of en voor wie de secundaire literatuur bruikbaar is. De literatuur is divers. Kortgezegd is de secundaire literatuur over Van Woude in drie groepen te verdelen. Allereerst is er de groep van auteurs zoals Hamer en Hoven en Van Wermeskerken, die een biografie schrijven over Van Woude. Hun manier van schrijven is soms subjectief en vrijwel altijd positief. Zo reageert Hoven op kritiek die Van Woude in haar leven heeft gekregen en verdedigt ze Van Woude. Hamer, Hoven en Van Wermeskerken schrijven vol lof over Van Woude en vergezellen hun teksten met afbeeldingen en citaten van bijvoorbeeld Van Woude en haar zoon, Henri. Daarnaast is er een groep, die (kritische) recensies schrijft over de werken van Van Woude. Veel van deze recensies zijn geschreven in De Gids, in de dagen van Van Woude een belangrijk literair tijdschrift. De recensies bevatten complimenten, maar zeker ook veel kritiekpunten. Tot slot zijn er mensen zoals Van der Goes, die het werk van Van Woude op een geheel andere manier interpreteren. Van der Goes, redacteur bij het tijdschrift van de Tachtigers, geeft aan dat Van Woude het huwelijk tussen man en vrouw aanprijst in haar schrijven. Volgens hem prijst ze het huwelijk zo aan, omdat dat voor de vrouw de enige manier is om seksueel bevredigd te worden. Als er prostituees voor vrouwen zouden bestaan, zou Van Woude het huwelijk nooit zo aanprijzen. Van der Goes is dus niet positief over de boeken en het tijdschrift van Van Woude. Het artikel van Van der Goes is de aanleiding voor het laatste deel van dit eindwerkstuk. Dit bedraagt namelijk een wetenschappelijk onderzoek naar een onderdeel van het werk van Johanna van Woude. In dit onderzoek wordt de vraag beantwoord: ‘Wat is het beeld van echtelieden dat in Hollandsch binnenhuisje en Mijne levensherinneringen van Sophie van Wermeskerken-Junius, alias Johanna van Woude wordt geschetst?’ Kortgezegd blijkt uit dit onderzoek dat Van Woude in Hollandsch binnenhuisje een ideaal beeld van echtelieden probeert te schetsen, maar dat dit mislukt door de manier waarop de echtgenoot wordt gepresenteerd. De abstracte auteur verhult de concrete auteur in Hollandsch binnenhuisje. In Mijne levensherinneringen verhult de abstracte auteur de concrete auteur niet meer. Het verhaal gaat niet meer over een huwelijk, waarin de echtgenote haar man en kinderen verzorgt, maar het gaat over een diepe fantasie van een echtgenote voor een andere man dan haar echtgenoot. Het gaat niet meer over het huwelijk als basis of voorwaarde voor liefde en seksualiteit, maar het gaat over overspel.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1885980
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.title‘De pen in de ééne, den stofdoek in de andere hand.’
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsJohanna van Woude, Sophie van Wermeskerken-Junius, Hollandsch binnenhuisje, Mijne levensherinneringen
dc.subject.courseuuNederlandse taal en cultuur


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record