De invloed van vrienden op romantische relaties bij studneten

Abstract

Het doel van het huidige onderzoek was de samenhang te onderzoeken tussen de samenstelling van vriendengroepen en het hebben van een romantische relatie en de eigen overtuiging van studenten over het vermogen te beschikken romantische relaties aan te gaan, gemodereerd door zelfvertrouwen. Data is verzameld onder 292 Nederlandse studenten tussen de 18 en 25 jaar (M = 21.48, SD = 2.08). De data is verzameld middels de Scale of Perceived Social Self-Efficacy en de Gender Based Relationship Efficacy en is vertrouwelijk verwerkt. Uit de resultaten blijkt dat een hogere mate van zelfvertrouwen gerelateerd is aan een hogere overtuiging van studenten over het vermogen te beschikken romantische relaties aan te gaan. In tegenstelling tot wat verwacht werd, is er geen samenhang gevonden tussen de samenstelling van vriendengroepen en het hebben van een romantische relatie en de eigen overtuiging over het vermogen te beschikken romantische relaties aan te gaan. Tevens is er geen verschil gevonden in de samenhang tussen de samenstelling van vriendgroepen en het hebben van een romantische relatie en de eigen overtuiging van studenten over het vermogen te beschikken romantische relaties aan te gaan, voor studenten met een hogere of lagere mate van zelfvertrouwen. Een groot deel van de studenten acht zichzelf dus in staat romantische relaties aan te gaan, zonder veel beïnvloed te worden door vriendengroepen.