Kosten en baten van pesten wanneer pesten wordt gemeten via zelfrapportage

Abstract

Onderwerp. Het doel van dit onderzoek was om de mogelijke kosten (internaliserende problematiek) en baten (sociale status) voor daders van pestgedrag te bestuderen. Methode. Het databestand bestond uit 1433 leerlingen afkomstig van 37 reguliere basisscholen, verspreid door heel Nederland. Met behulp van zelfrapportage werd bepaald tot welke pestrol (dader, slachtoffer en niet-betrokkene) de leerling behoorde. Uit deze verdeling bleek dat de groepsgrootte van de niet-betrokken kinderen erg groot was ten opzichte van de andere twee pestrollen. Daarom is de groepsgrootte gereduceerd en bestond de onderzoekssteekproef uit 460 leerlingen. Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van zelf- en peerrapportage. Resultaten. De MANOVA onthulde een statistisch significant verschil op het gebied van internaliserende problematiek (eenzaamheid en depressie) en sociale status (resource control en perceived popularity). Vervolgens is gekeken naar de univariate variantieanalyse (ANOVA), waarbij dit verschil werd bevestigd. Slachtoffers rapporteerden significant meer depressieve gevoelens en voelden zich eenzamer dan daders en niet-betrokken kinderen. Er werd hierbij geen verschil gevonden tussen daders en niet-betrokken kinderen. Daders bleken significant meer resource control te hebben dan slachtoffers en niet-betrokken kinderen. Er werd geen verschil gevonden tussen slachtoffers en de niet-betrokken kinderen. Op perceived popularity scoorden daders het hoogst, niet-betrokkenen scoorden tussen daders en slachtoffers in en slachtoffers scoorden het laagst. Conclusie. Geconcludeerd kan worden dat het gedrag van daders op korte termijn persoonlijke voordelen (hogere sociale status) oplevert en dat er nauwelijks sprake is van nadelen (internaliserende problematiek).