Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorWijnen, F.N.K.
dc.contributor.authorEssen, Y. van
dc.date.accessioned2016-01-14T18:00:35Z
dc.date.available2016-01-14T18:00:35Z
dc.date.issued2016
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/21682
dc.description.abstractCirca 10 procent van de Nederlandse kinderen heeft een taalachterstand en vijf tot zeven procent heeft een taalontwikkelingsstoornis. Bij meertalige kinderen komen taalstoornissen met dezelfde frequentie voor. Signalering van afwijkingen in de spraak-/taalontwikkeling op 2-jarige leeftijd leidt tot vroege diagnostisering en interventie en daarmee tot kortere interventies en minder instroom in het speciaal onderwijs. In de literatuur wordt gediscussieerd over de overdiagnose (teveel diagnose in vergelijking met prevalentie) danwel onderdiagnose (te weinig diagnoses in vergelijking met prevalentie) bij meertalige kinderen als gevolg van het diagnostisch dilemma (onderscheiden van blootstellingsachterstand en taalontwikkelingsstoornis). Verwacht wordt dat het diagnostisch dilemma ook optreedt bij signalering van een afwijkende spraak-/taalontwikkeling bij meertalige kinderen. Een afwijkende spraak-/taalontwikkeling wordt bij meertalige kinderen naar verwachting later gesignaleerd dan bij eentalige kinderen. Bestaand onderzoek heeft geen verschillen in taalmijlpalen gevonden tussen eentalige en meertalige kinderen van 0 tot 24 maanden. Het doel van deze deelstudie is het in kaart brengen van verschillen tussen eentalige en meertalige kinderen met betrekking tot de leeftijd van signaleren van een afwijkende spraak/taalontwikkeling en het diagnosticeren van taalontwikkelingsstoornissen. Ook wordt het vraagstuk van overdiagnose en onderdiagnose van taalontwikkelingsstoornissen bij meertalige kinderen ter discussie gesteld. Dossiers van 283 kinderen met een taalontwikkelingsstoornis (SO cluster 2) zijn bestudeerd. 224 kinderen (79%) zijn eentalig en 59 kinderen (21%) meertalig. Met een T-test werd aangetoond dat een afwijkende spraak-/taalontwikkeling bij meertalige kinderen (3jr 9mnd 18d) gemiddeld 3 maanden en 24 dagen later wordt gesignaleerd dan bij eentalige kinderen (3jr 5mnd 25d). Dit is een significant verschil (p=.016). Het percentage meertalige kinderen in de onderzoeksgroep (21%) is ongeveer gelijk aan het percentage meertalige kinderen in de totale bevolking (20%). Dit wijst niet op overdiagnosticering, noch op onderdiagnosticering van taalontwikkelingsstoornissen bij meertalige kinderen. Er werd geen significant verschil gevonden in de leeftijd waarop een taalontwikkelingsstoornis wordt gediagnosticeerd bij meertalige (5jr 6 mnd 29d) of eentalige kinderen (5jr 5mnd 28d). De tijd die verstrijkt tussen het moment van signaleren en diagnosticeren verschilt niet significant tussen meertalige (1jr 9mnd 11d) en eentalige kinderen (2jr 9d). Gemiddeld is de periode tussen signaleren en diagnosticeren bij meertalige kinderen 2 maanden en 28 dagen korter dan bij eentalige kinderen. Er wordt een significant verschil gevonden in gemiddelde leeftijd van signaleren van een afwijkende spraak-/taalontwikkeling bij meertalige en eentalige kinderen. Het moment van diagnosticeren en de versterken tijd tussen signaleren en diagnosticeren verschillen niet significant. Het lijkt er op dat een deel van de achterstand die meertalige kinderen opgelopen door latere signalering wordt ingehaald, doordat de verstreken tijd tussen signaleren en diagnosticeren bij meertalige kinderen korter is. Het is onbekend of signalering op een leeftijd van 3 tot 4 jaar dezelfde positieve effecten kent als signalering op 2-jarige leeftijd. Interventies zijn in deze periode wel effectief. Eerder signaleren heeft naar verwachting een positief effect op de behandelduur, uitstroom naar speciaal onderwijs en daarmee gemoeide onderwijs- en zorgkosten. Hier liggen kansen voor logopedisten bijv. in het leveren van een bijdrage aan deskundigheidsbevordering en advisering van signalerende partijen. Hierdoor kunnen afwijkingen in de spraak-/taalontwikkeling in de toekomst mogelijk eerder worden gesignaleerd. Ook ligt er een taak in het verbeteren van de inzet van signaleringsinstrumenten voor zowel eentalige als meertalige kinderen.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1181633
dc.format.extent762573
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleVroegtijdig signaleren en diagnosticeren van (mogelijke) taalontwikkelingsstoornissen bij meertalige kinderen; een vergelijking tussen eentalige en meertalige kinderen in het Speciaal Onderwijs Cluster 2
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsmeertaligheid, signaleren, taalontwikkelingsstoornis, taalachterstand, vroegsignalering, eentalig, speciaal onderwijs, preventie, logopedie
dc.subject.courseuuLogopediewetenschap


Files in this item

Thumbnail
Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record