Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorWieger, Bakker
dc.contributor.authorGeerse, M.E.
dc.date.accessioned2016-01-08T18:00:38Z
dc.date.available2016-01-08T18:00:38Z
dc.date.issued2016
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/21629
dc.description.abstractIn de afgelopen decennia is de gedachte dat ownership bij de ontvangende partij cruciaal is voor het slagen van ontwikkelingssamenwerking een dominante overtuiging geworden in het internationale debat. Het concept ownership blijkt in de wetenschappelijke literatuur echter slechts zeer beperkt uitgewerkt. De vraag die centraal staat in dit onderzoek is welke rol ownership speelt in de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking en welke factoren hierop van invloed zijn. Het antwoord op de hoofdvraag wordt gegeven door middel van een beleidsanalyse en een case-study bij Agriterra, een ontwikkelingssamenwerking op het gebied van landbouw. Ownership is in dit onderzoek gedefinieerd als de mate waarin een ontvangende partij verantwoordelijk is voor de agenda, het initiatief en de inhoud van een programma of project waarbij het maximale niveau van ownership is dat een ontvanger deze op stelt zonder inmenging van de donor. De literatuur stelt dat ownership van belang is omdat het ervoor zorgt dat ontvangende partijen zich committeren aan ontwikkelingssamenwerking, en ervoor zorgt dat interventies aansluiten bij de lokale behoeften en context. De literatuur biedt nauwelijks aanknopingspunten voor factoren die het ontstaan van ownership bevorderen of belemmeren. Uit de beleidsanalyse blijkt dat ownership een rol speelt in het Nederlandse beleid op twee manieren. Rond de eeuwwisseling zijn er een aantal institutionele veranderingen doorgevoerd om ownership te vergroten, zoals het overdragen van de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van bilaterale samenwerking naar de ambassades, en het waar mogelijk geven van hulp in vormen die aangepast zijn aan de voorkeuren van ontwikkelingslanden zoals in de vorm van begrotingssteun of aan sectorbrede programma’s. Daarnaast geeft Nederland er de voorkeur aan samen te werken met ontwikkelingsorganisaties die een bepaalde mate van ownership bij de ontvangende partij leggen en dit is dan ook een criterium bij het bepalen welke ontwikkelingsorganisatie financiering krijgen. Binnen Agriterra wordt ownership gezien als een belangrijke factor voor het slagen van programma’s, ten eerste omdat als er sprake is van ownership er ook sprake is van commitment, en ten tweede omdat ownership ervoor kan zorgen dat plannen beter aansluiten bij wat een lokale partij nodig heeft en wilt bereiken. Er wordt enerzijds op ownership geselecteerd, Agriterra werkt alleen samen met boerenorganisaties die een authentieke vraag hebben naar wat Agriterra te bieden heeft, en daarnaast probeert Agriterra ownership op twee manieren te vergroten. In de eerste plaats door veel vrijheid en vertrouwen aan de ontvangende partij te geven en in de tweede plaats door de ontvangende partij eigenaar te maken van kennis of expertise door deze met eigen ogen te laten zien door bijvoorbeeld studiereizen of adviezen van boer tot boer. Het doel hiervan is de kennis te internaliseren bij de ontvangende partij waardoor deze hier verder mee kan. Factoren die het ontstaan van ownership belemmeren zijn deels cultureel, deels pragmatisch en deels historisch. Ontvangende partijen zijn niet mondig genoeg om tegen ‘blanke adviseurs’ in te gaan, hebben (nog) niet de capaciteiten om de leiding te nemen of zijn het gewend dat de donor de leiding neemt. Hoewel Agriterra veel ownership bij de ontvangende partij wil leggen betekent dit niet dat Agriterra nooit sturend optreedt, dit doen ze in sommige gevallen namelijk juist wel. Doordat dit altijd op basis van kennis en ervaringen en kennis van Agriterra en de aan Agriterra verbonden boerenorganisaties in Nederland geschiedt, en altijd met de bedoeling de doelstellingen van de ontvangende partij te bereiken lijkt dit niet op gespannen voet te staan met ownership. Het beeld dat ontstaat van ownership als het Nederlandse beleid en de praktijk bij Agriterra bestudeerd wordt is veel diffuser en gevarieerder dan het beeld dat ontstaat op basis van de literatuur. Ownership blijkt niet zozeer één facet van een relatie te zijn met één verschijningsvorm, maar komt juist in meer of mindere mate, in allerlei verschillende verschijningsvormen, voor in een relatie tussen een donor en een ontvangende partij.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1136546
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleU vraagt, wij draaien?
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsownership; ontwikkelingssamenwerking
dc.subject.courseuuBestuur en beleid


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record