dc.description.abstract | De internationale literatuur bespreekt regelmatig onderzoek naar tekststructuur. Daarin worden vaak aanbevelingen gegeven over het onderwijs over tekststructuur. Het is echter niet duidelijk hoe de lesmethodes van het schoolvak Nederlands omgaan met deze thematiek. Dit corpusonderzoek bestaat uit twee delen: enerzijds het vergelijken van de theorie in drie lesmethodes, anderzijds het vergelijken van de didactiek. Deze vergelijking is gebaseerd op zeven aspecten die vallen onder de koepelterm ‘tekststructuur’. Daarnaast is voor twee aspecten, ‘signaalwoorden’ en ‘structuurmodellen’, gekeken in hoeverre de aanbevelingen die zijn gedaan in de internationale literatuur toegepast worden in drie lesmethodes van het schoolvak Nederlands: Nieuw Nederlands, Op Niveau en Talent. Uit alle vergelijkingen bleek dat Op Niveau en Talent het meest overeenkomen. In beide lesmethodes volgden veel opdrachten, in zowel Lezen als Schrijven, zodat er veel geoefend kon worden met de zojuist geleerde theorie. Met Schrijven werd regelmatig een koppeling gemaakt door Op Niveau en Talent. Met de vaardigheid Argumenteren werd door alle lesmethodes nauwelijks een koppeling gemaakt. Nieuw Nederlands had weinig opdrachten en maakte nauwelijks koppelingen tussen vaardigheden. De didactiek is in dit opzicht niet effectief, aangezien vanuit de internationale literatuur aanbevolen werd om koppelingen te maken tussen vaardigheden. Het expliciet aangeven wat het nut is van kennis over een bepaald aspect van tekststructuur werd bijna niet gedaan. Ook in dit opzicht is de didactiek niet effectief, aangezien vanuit de internationale literatuur aanbevolen werd om expliciet het nut van kennis over aspecten van tekststructuur te benoemen. Uit de vergelijking met de aanbevelingen uit de internationale literatuur bleek dat Op Niveau de meeste overeenkomsten had en Nieuw Nederlands de minste. | |