Vreemdelingen aan het kolenfront: Limburg, kolen en arbeidsmigranten

Abstract

De instroom van niet-Limburgse arbeiders als gevolg van de opbloeiende kolenmijnbouw bracht grote maatschappelijke en demografische veranderingen teweeg in de Limburgse samenleving. Deze ontwikkeling bleek een cruciale stimulans voor het regionaal zelfbewustzijn, dat gesterkt werd door de aanwezigheid van een culturele 'Ander'. Onderlinge verschillen tussen de Limburgers raakten op de achtergrond, onder meer door beïnvloeding door de essentialistische ideeën van de volkskundigen in de eerste helft van de twintigste eeuw en 'culturele tussenpersonen' als Mathias Kemp. Door het binnendringen van gelukszoekers uit vreemde streken sloten de Limburgers de rijen en vond een intensivering van de gedeelde identiteitsbeleving plaats.