Een longitudinaal onderzoek naar het effect van sociale- en gegeneraliseerde angstsymptomen op de identiteitsontwikkeling bij adolescenten

Abstract

Current research investigated the influence of social and generalized anxiety symptoms and possible moderation of sex and bully victimization on horizontal identity development in a large sample of adolescents aged 10 to 15 years (n= 289), based on the difference in identity development measured in wave 1 en 2 by hierarchical regression. Contrary to expectations, results showed a positive influence of generalized anxiety symptoms on horizontal identity development when gender and bullying victimization were included in the regression, but shows no significant influence of social anxiety symptoms. No moderation by gender or bullying victimization was found. An alternative model only investigating the difference in identity development controlled for variance in scores in wave 1 showed no significant results. Findings implicate the importance of looking at specific anxiety categories in research into identity development. The positive influence of generalized anxiety symptoms on horizontal identity development seems to be explained by the pervasiveness of worrying as main generalized anxiety characteristic. Samenvatting

Huidig onderzoek richt zich op de invloed van sociale- en gegeneraliseerde angstsymptomen op de horizontale identiteitsontwikkeling en mogelijke moderatie door sekse en slachtofferschap van pesten. Onderzoek is gebaseerd op de verschilscores tussen twee metingen bij een grote groep adolescenten tussen 10 en 15 jaar oud (n= 289). Analyse vindt plaats door hiërarchische regressie. De resultaten lieten een positieve invloed zien van gegeneraliseerde angstsymptomen op de horizontale identiteitsontwikkeling na toevoeging van sekse en slachtofferschap van pesten. De positieve invloed van gegeneraliseerde angstsymptomen kan worden verklaard vanuit het piekeren in alle levensgebieden als hoofdkenmerk van deze angstcategorie. Van invloed van sociale angstsymptomen is geen sprake. Er is geen moderatie gevonden door sekse en slachtofferschap. Ook is een alternatief analysemodel onderzocht waarbij alleen gekeken werd naar de variantie in identiteitsscores, gecorrigeerd voor de scores op meetmoment 1. Het alternatief model liet geen significante resultaten zien. De gevonden resultaten waren in tegenstelling met de vooraf geformuleerde verwachtingen. Huidig onderzoek benadrukt het belang om onderscheid te maken tussen specifieke categorieën angstsymptomen bij onderzoek naar identiteitsontwikkeling en angst.