dc.description.abstract | Toen Margaret Thatcher in 1979 de Britse verkiezingen won, werd zij hoogstpersoonlijk door de Amerikaanse econoom Milton Freedman gefeliciteerd met de woorden: “Britain can lead us all to a rebirth of freedom”. Het persoonlijke contact tussen deze twee invloedrijke, rechtse figuren was geen toeval: Thatcher wilde de Britse economie restaureren door middel van een radicaal rechts sociaaleconomisch beleid, gebaseerd op de Monetary Theory van Friedman zelf. Margaret Thatcher wordt door de meeste historici gezien als het ultieme boegbeeld van de anti-Europese houding waarmee het V.K. vaak geassocieerd wordt. Dit onderzoek gaat in op de werkelijke motieven achter Thatchers beleid in de jaren tachtig. Het was niet haar afkeer voor het politieke karakter van de Europese integratie, maar haar ideologische visie, sterk gebaseerd op de theorie van Friedman, die haar in botsing bracht met Europa aan het eind van de jaren tachtig. Thatcher had namelijk een leidende rol voor het V.K. voor ogen in het Europese integratieproces. Haar ideeën over Europa begonnen te radicaliseren en zorgde voor breuklijnen binnen haar eigen politieke partij. Deze 'crosscutting ideas', een term geïntroduceerd door politicoloog Craig Parsons, dreef de Tories verder uiteen en betekende, het einde van haar premierschap, het einde van de volledige Britse participatie. Het verdrag van Maastricht werd namelijk niet ondertekend. De tweede rode draden van dit onderzoek, de ideologische visie van Thatcher die onlosmakelijk was verbonden met haar economische beleid, en het belang van crosscutting ideas, vormen een nieuwe, alternatieve verklaring voor het Britse standpunt t.o.v. de Europese gemeenschap in de jaren tachtig. | |