Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorTamini Arab, Pooyan
dc.contributor.authorHengelaar, A.H.
dc.contributor.authorLomans, M.F.A.
dc.date.accessioned2014-08-28T17:00:59Z
dc.date.available2014-08-28T17:00:59Z
dc.date.issued2014
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/17905
dc.description.abstractSinds de oprichting van de eerste voorloper van de huidige Europese Unie in 1950, de EGKS, is men bezig met het creëren van een supranationale economische en politieke gemeenschap met een bijbehorend Europees volk. Anno 2014 is er in de Nederlandse samenleving echter veel kritiek op dergelijke vergaande politieke integratie. Politieke partijen en burgers zijn kritisch over het afstaan van soevereiniteit, de Europeanisering van beleidsterreinen en de toekomst van Nederland in de EU. Onze nationale vertegenwoordigers in Brussel, Nederlandse EU ambtenaren, maken deel uit van de kritische Nederlandse bevolking maar zijn ook degenen die de politieke en economische integratie van de EU bewerkstelligen. Om een beeld te krijgen van hun visie op enerzijds de creatie van een politieke gemeenschap door de EU en anderzijds op de kritische houding van het Nederlandse volk, hebben wij een antropologisch onderzoek gehouden in Brussel. Door middel van interviews, gesprekken en participatie in het dagelijkse leven van een selecte groep Nederlandse ambtenaren hebben wij ten eerste gepoogd de percepties van deze ambtenaren op een top-down beweging, waarbij de EU een gemeenschapsgevoel probeert te stimuleren, in kaart te brengen. Ten tweede hebben we ook de bottom-up beweging, waarin het volk zich (al dan niet) identificeert met de Europese Unie en (al dan niet) kritisch is over het Europese project, aan de ambtenaren voorgelegd. In deze thesis zetten wij onze waarnemingen uiteen en passen we zowel antropologische als politieke theorieën toe op de fenomenen die we beschrijven. We behandelen zowel het top-down mechanisme als de bottom-up beweging uitgebreid en we maken we onze analyses levendig met etnografische beschrijvingen en twee bijzondere casestudies. De belangrijkste conclusies die we trekken is dat de interesse voor de Europese Unie in Nederlands opzicht erg laag is en dat de bevolking zich niet met de EU verbonden voelt. Er kan tevens niet gesteld worden dat er een groot nationaal ‘bottom-up’ draagvlak is voor de huidige Europese Unie en dit mag niet genegeerd worden. Er zijn echter wel veel mogelijkheden voor de Europese instituties om hier verandering in te brengen. We zien hiernaast ook dat in de praktijk producten van de ‘top-down’ constructie van de Europese Unie soms in de ‘bottom-up’ beweging worden opgenomen en dat de EU, ondanks de kritiek van het volk, in de basis wel wordt gewaardeerd. De Nederlandse ambtenaren in Brussel zijn reflexief, kritisch en eerlijk, en bieden ons een kijkje achter de schermen bij het ’Project Europa’.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1057279
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.title“Project Europa” Het Brusselse perspectief van Nederlandse EU-ambtenaren op Europese top-down en bottom-up gemeenschapsvormingsprocessen
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsEuropese Unie; politieke gemeenschapsvorming; materiële cultuur; nationalisme; supranationalisme; Europese identiteit; Europese gemeenschap; civil religion;
dc.subject.courseuuCulturele antropologie en ontwikkelingssociologie


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record