Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorKoring, dr. L.
dc.contributor.authorSangers, N.L.
dc.date.accessioned2014-07-28T17:00:34Z
dc.date.available2014-07-28T17:00:34Z
dc.date.issued2014
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/17207
dc.description.abstractOnderzoek in verschillende talen heeft aangetoond dat kinderen moeite hebben met het begrijpen van passief constructies. Deze constructies lijken door kinderen later te worden verworven dan actieve constructies. In dit bachelor eindwerkstuk wordt ingegaan op de eerste taalverwerving van passief constructies in het Nederlands. De centrale onderzoeksvraag luidt: Wat is het patroon van verwerving van passief constructies bij Nederlandse kinderen? In de taalkundige literatuur bestaan verschillende verklaringen voor het feit dat kinderen problemen hebben met passief constructies. Drie verklaringen worden besproken, namelijk de A-Chain Deficit Hypothesis van Borer en Wexler (1987), de Theta-role Transmission Deficit van Fox en Grodzinsky (1998) en de Universal Phase Requirement van Wexler (2004). Geleid door de A-Chain Deficit Hypothesis en de Universal Phase Requirement worden ter beantwoording van de centrale onderzoeksvraag drie deelvragen opgesteld die ingaan op de prestaties van Nederlandse kinderen met actionele versus niet-actionele verbale passieven (deelvraag 1), de prestaties met korte versus lange verbale passieven (deelvraag 2), en het gebruik van een actie-lezing of resultaat-lezing bij actionele verbale passieven (deelvraag 3). De hypotheses bij de deelvragen gaan uit van een adjectivale interpretatie die door Borer en Wexler (1987) wordt aangenomen voor de interpretatie van actionele verbale passieven. Op basis van de resultaten van twee experimenten, die werden uitgevoerd in de vorm van een Picture Selection Task met vier- en vijfjarige Nederlandse kinderen, wordt de conclusie getrokken dat Nederlandse kinderen duidelijk een andere strategie toepassen om passief constructies te interpreteren dan Nederlandse volwassenen. Eveneens wordt geconcludeerd dat de strategie die door Nederlandse kinderen wordt aangewend om actionele verbale passieven te interpreteren niet altijd een adjectivale interpretatie is.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent734314
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleDe eerste taalverwerving van het Nederlandse passief. Een onderzoek naar de verwerving van passief constructies door Nederlandse kinderen
dc.type.contentBachelor Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsverwerving van passief constructies; passieven; eerste taalverwerving; A-Chain Deficit Hypothesis; Theta-role Transmission Deficit; Universal Phase Requirement; verbale passieven; adjectivale passieven; actionele werkwoorden; niet-actionele werkwoorden; adjectivale interpretatie
dc.subject.courseuuNederlandse taal en cultuur


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record