Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorJanssen, D.M.L.
dc.contributor.authorHaverschmidt, S.C.
dc.date.accessioned2014-03-21T18:00:47Z
dc.date.available2014-03-21T18:00:47Z
dc.date.issued2014
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/16404
dc.description.abstractHet experiment dat in dit rapport beschreven staat, gaat over de overtuigingskracht van evidentietypen. Iemand die een standpunt onderbouwt, kan zijn argumenten versterken door evidentie aan te dragen. Hij geeft bijvoorbeeld aan dat zijn argumenten op statistieken (statistische evidentie) of een specifiek voorbeeld (anekdotische evidentie) zijn gebaseerd. Welke evidentievorm het meest effectief is, kan van verschillende factoren afhangen. In het verleden is bijvoorbeeld al aangetoond dat het argumenttype een belangrijke factor is. Tot nu toe hebben onderzoekers echter geen aandacht besteed aan een belangrijk verschil tussen beide evidentietypen: de mate van subjectiviteit. Anekdotische evidentie heeft namelijk een subjectiever karakter dan statistische evidentie. Dat roept de vraag op of de overtuigingskracht van de evidentietypen misschien afhankelijk is van de bronkwaliteit. De bron is immers verantwoordelijk voor de mate van subjectiviteit. Dit onderzoek gaat daarom dieper in op de invloed van de bronkwaliteit op de overtuigingskracht van de evidentietypen. De verwachting is dat die invloed groter is bij subjectievere evidentie. Binnen het experiment werd de evidentie op drie manieren gemanipuleerd. Naast statistische evidentie waren er namelijk een objectieve en een subjectieve variant van anekdotische evidentie. Bijzonder aan dit experiment was dat het onderzoeksmateriaal uit videoboodschappen bestond. Proefpersonen zagen een filmpje waarin een spreker een standpunt onderbouwde met statistische, objectief-anekdotische of subjectief-anekdotische evidentie. Na afloop gaven zij aan hoe overtuigend zij het standpunt, het argument en de evidentie vonden. Ook beoordeelden zij de geloofwaardigheid (betrouwbaarheid en deskundigheid) van de spreker. Hiermee werd de waargenomen bronkwaliteit gemeten. Zoals verwacht bleek er een duidelijk interactie-effect van het evidentietype en de waargenomen bronkwaliteit op de overtuigingskracht te zijn. De waargenomen bronkwaliteit bleek dus een moderator te zijn die de verschillen in overtuigingskracht van de evidentietypen verklaarde. De resultaten gaven echter geen eenduidig beeld over de richting van deze interactie. Wat betreft de argumentkwaliteit bleek de meest subjectieve evidentievorm inderdaad het gevoeligst voor de waargenomen bronkwaliteit te zijn. Voor de acceptatie van het standpunt gold juist het omgekeerde. De resultaten benadrukken in ieder geval dat de waargenomen bronkwaliteit (het beeld dat men van de argumenteerder heeft) een belangrijke rol speelt bij de overtuigingskracht van statistische en anekdotische evidentie.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent964619
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleEvidentie voor de ongekende kracht van bronkwaliteit: Een onderzoek naar het effect van bronkwaliteit op de overtuigingskracht van statistische en anekdotische evidentie.
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsovertuiging, argumentatie, evidentie, statistische, anekdotische, bron, brongeloofwaardigheid, bronkwaliteit, subjectiviteit
dc.subject.courseuuCommunicatiestudies


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record