Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorSchut, H.A.W.
dc.contributor.authorLamberti, C.A.H.
dc.contributor.authorLakerveld, S.P.T.
dc.date.accessioned2014-02-26T18:00:34Z
dc.date.available2014-02-26T18:00:34Z
dc.date.issued2014
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/16260
dc.description.abstractInleiding: Het empirisch wetenschappelijk onderzoek naar fundamentele doodattituden angst en acceptatie is relatief recent. In tegenstelling tot specifieke beroepsgroepen die frequent worden geconfronteerd met de dood is er nog geen onderzoek verricht onder de toenemende bevolkingsgroep ouderen, die eveneens geconfronteerd worden met een toenemende frequentie aan sterfgevallen. Derhalve werd in de onderhavige studie onderzocht of er een relatie bestaat tussen de confrontatie met sterfgevallen en de persoonlijke doodattituden van ouderen en of er een invloed is van het verlies van hechtingsfiguren, waaronder kinderen. Vanuit de habituatietheorie en de vreugdeverliestheorie werd verwacht dat confrontatie met sterfgevallen leidt tot meer acceptatie van de eigen dood, terwijl vanuit de kwetsbaarheidstheorie verwacht werd dat confrontatie met sterfgevallen leidt tot meer angst voor de dood. Methode: 288 Nederlandse ouderen vanaf 65 jaar namen deel aan de studie en werden geïnterviewd aan de hand van een vragenlijst. Resultaten: Mensen die een klein aantal sterfgevallen hadden meegemaakt bleken minder acceptatie van de dood te ervaren dan mensen die gemiddeld of veel sterfgevallen hadden meegemaakt. Daarnaast werd een lineair verband gevonden voor hechting: het missen van hechtingspersonen bleek gerelateerd aan het ervaren van meer angst voor de eigen dood. Dit effect werd niet gevonden specifiek voor het verlies van kinderen. Conclusie: Verondersteld wordt dat vooral eventuele complicaties in het copingproces verantwoordelijk zijn voor de gevonden relatie tussen het gemis van dierbaren en angst voor de dood. In dit stadium lijkt te kunnen worden geconcludeerd dat de habituatietheorie en een herziene kwetsbaarheidstheorie naast elkaar kunnen bestaan.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent486308
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titleDe dood went, gemis maakt angstig: confrontatie met sterfgevallen en persoonlijke doodattituden van ouderen
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsdoodattituden; confrontatie sterfgevallen; hechting; ouderen
dc.subject.courseuuKlinische en Gezondheidspsychologie


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record