“Tot t kaarsje is uitgeblaasd...”: een corpusonderzoek naar overgeneralisaties van sterke werkwoorden tijdens de differentiatiefase van de taalontwikkeling

Abstract

Zo rond hun eerste jaar beginnen kinderen voor het eerst te spreken. Pas anderhalf jaar later breekt de differentiatiefase aan, waarin ze werkwoorden steeds meer gaan verbuigen. In dit onderzoek wordt de taalontwikkeling van de peuter Laura onder de loep genomen. Door het bestuderen van taalmateriaal uit haar derde, vierde en vijfde levensjaar wordt in dit onderzoek een beeld gegeven van haar verbuigingen in de verleden tijd. Daarbij horen onvermijdelijk overgeneralisaties, waarbij een kind een verbuigingsregel op een foutieve wijze toepast. Op overgeneralisaties spitst dit onderzoek zich toe. Met als grote vraag: in welk jaar van de vroege taalontwikkeling overgeneraliseert een kind het vaakst? Laura blijkt uiteindelijk niet zoveel overgeneralisaties te uiten, maar de meeste ervan komen voor in het vierde jaar, middenin de differentiatiefase. Opvallend daarbij is, dat ze alleen maar voltooid deelwoorden overgeneraliseert en op één na alleen maar onregelmatige werkwoorden.