Het verband tussen opvoedcompetentiebeleving van moeders en de temperamentkenmerken droefheid, frustratie, angst en hoge intensiteit van plezier van moeders en kinderen.

Abstract

Achtergrond Opvoedcompetentiebeleving is eerder geassocieerd met ondermeer moeilijk gedrag van kinderen en met persoonlijkheidskenmerken van de ouders. Er was echter nog weinig bekend over de samenhang tussen temperamentkenmerken van kinderen en van moeders en de opvoedcompetentiebeleving van moeders. Onderzoek naar temperament van moeders en kinderen kan bijdragen aan kennis over hoe competentiegevoelens in de opvoeding tot stand komen. De vraagstelling van huidig onderzoek luidde of de competentiebeleving van moeders voorspeld kan worden door de temperamentkenmerken (droefheid, frustratie, angst en hoge intensiteit van plezier) van moeders en kinderen. Methode Er namen moeders van 135 jongens en 125 meisjes in de leeftijd van vier tot zeven jaar deel aan dit cross-sectionele onderzoek. 97.3% Van de moeders en 95.8% van de kinderen had de Nederlandse nationaliteit. De moeders vulden verschillende vragenlijsten in. Resultaten Uit de hiërarchische regressieanalyses bleek dat frustratie van zowel moeders als kinderen een significante voorspeller was voor de competentiebeleving van moeders. Temperamentkenmerken van kinderen verklaarden een significante hoeveelheid variantie van 9.7% in de competentiebeleving van moeders. Temperamentkenmerken van moeders verklaarden een significante variantie van 15.9% in de competentiebeleving van moeders. Conclusie Frustratie bij moeders of kinderen zorgt er mogelijk voor dat moeders zich minder competent voelen in de opvoeding. Het temperament van moeders bleek de sterkste voorspeller voor hun competentiebeleving in vergelijking met het temperament van kinderen. Toekomstig onderzoek kan zich richten op het verifiëren van de resultaten door middel van longitudinaal onderzoek. Daarnaast is het belangrijk dat het verband tussen andere temperamentkenmerken met competentiebeleving in kaart wordt gebracht.