dc.description.abstract | Het leren en onthouden van nieuwe woorden is een onderdeel van de taalwetenschap dat de laatste jaren op steeds grotere schaal is onderzocht. Door het verbeteren en vernieuwen van de leermethodes in het onderwijs, is men nieuwsgierig geworden naar de vraag wat de beste manier is van het leren van nieuwe woordjes? Vele onderzoekers zijn de uitdaging aangegaan om hier een antwoord op te krijgen. Het onderzoek dat we voor deze scriptie als richtlijn hebben gebruikt is het werk van Mondria & Wiersma (2004). Deze twee taalkundigen zijn de enige onderzoekers die het verschil tussen productief leren, receptief leren en receptief+productief leren hebben onderzocht en vergeleken. De scriptie van Verbraak (2012) heeft dit onderzoek herhaald en uitgebreid door te zoeken naar implicaties voor het onderwijs. In deze scriptie gaan we verder met deze aanpak van Mondria & Wiersma en Verbraak, maar we voegen een extra factor toe die interessant kan zijn voor het leren en onthouden van nieuwe woordjes, namelijk het fenomeen van valse vrienden.
Een valse vriend is een woord dat qua vorm vergelijkbaar is in talen A en B maar een verschillende betekenis heeft. Indien de spreker van taal A een valse vriend van taal B leert, kan hij zich vergissen in de betekenis in taal B. Een voorbeeld is het woord ‘bokaal’ dat lijkt op de Franse versie ‘bocal’, maar dit woord betekent vissenkom. Een ‘bokaal’ in het Frans is ‘coupe’. In ons onderzoek onderscheiden wij drie soorten woorden: normale woorden, receptieve valse vrienden en productieve vrienden. De overeenkomsten en verschillen tussen deze woorden worden onderzocht in 3 soorten testen, namelijk een receptieve test, een productieve test en een receptieve+productieve test. Deze manier van onderzoeken leidt ons tot het antwoord op de vragen of valse vrienden zich anders gedragen dan normale woorden in de 3 verschillende manieren van testen.
We hebben kunnen constateren dat een valse vriend alleen verschilt in de richting van leren, zodat we een tweedeling krijgen in ons antwoord. Het voordeel van de receptieve valse vriend is dat de leerling slechts een nieuwe betekenis moet koppelen aan een bestaande vorm. De receptieve valse vriend helpt de leerling bij de herkenning van de vorm. Voor de productieve valse vriend geldt dat de leerling twee dingen moet leren: (i) de nieuwe vorm en (ii) de koppeling tussen de betekenis en de nieuwe vorm. Dit is precies wat er ook nodig is bij het leren van normale woorden; er vindt absoluut geen herkenning plaats. Een receptieve valse vriend gedraagt zicht dus anders en heeft een voordeel ten opzichte van normale woorden, een productieve valse vriend gedraagt zich precies hetzelfde als een normaal woord.
Een algemene constatering die we konden bevestigen was het feit de productieve valse vriend en de productieve manier van testen meer aandacht nodig hebben ten opzichte van de receptieve variant. Een leerling heeft meer training nodig om de productieve versie te onthouden. | |