Show simple item record

dc.rights.licenseCC-BY-NC-ND
dc.contributor.advisorvan Slobbe, Michel
dc.contributor.authorBodt, M.
dc.date.accessioned2012-11-20T18:01:48Z
dc.date.available2012-11-20
dc.date.available2012-11-20T18:01:48Z
dc.date.issued2012
dc.identifier.urihttps://studenttheses.uu.nl/handle/20.500.12932/12042
dc.description.abstractPubliek-private samenwerking is een veel gehoorde term. De uitwerking ervan wordt door verschillende auteurs beschreven maar wat betekent het exact in de praktijk? Theoretische omschrijvingen en praktische uitwerkingen verschillen van elkaar. In dit kwalitatieve onderzoek staat de empirie van het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB) centraal betreffende publiek-private samenwerking. De betekenisgeving aan publiek-private samenwerking van publieke, private en maatschappelijke partijen rondom het NISB is onderzocht. Publiek-private samenwerking ideaaltypisch De betrokkenen in dit onderzoek geven aan dat publiek-private samenwerking een intensieve vorm van samenwerking is waarbij door een publieke en een private partij naar één gemeenschappelijk doel gestreefd wordt. De belangen om deel te nemen aan de samenwerking kunnen verschillend zijn zolang de invulling van het gemeenschappelijke doel op een evenredige manier gebeurt waarbij inzet en opbrengsten gelijkwaardig verdeeld worden in vooraf opgestelde afspraken. Publiek-private samenwerking in de praktijk In de praktijk blijkt publiek-private samenwerking vele malen complexer dan de beschrijving hierboven. Het is een samenwerking tussen twee totaal verschillende typen organisaties. Deze verschillen uiten zich in drie specifieke organisatorische aspecten. Ten eerste dat de identiteit en ten tweede dat het imago van de private partij en het NISB uiteen kunnen lopen. Het derde punt is het mogelijke verschil in organisatiecultuur. Al deze verschillen hoeven geen probleem te zijn voor de samenwerking tussen een publieke en een private partij, maar ze verdienen continu aandacht om één plus één echt drie te laten worden. Al deze aspecten werken door in de formulering van een heldere externe propositie. Het ontbreken hiervan beïnvloedt het verloop van de samenwerking. De complexiteit dient gezien te worden door de participerende organisaties. Het is van belang om niet te streven naar het wegnemen van de complexiteit, dat is onmogelijk. Het streven moet zijn om goed om te kunnen gaan met de complexiteit. Publiek-private samenwerking voor het NISB Het NISB dient in te zien dat publiek-private samenwerking een complex gegeven is. Om de complexiteit een plek te geven is het belangrijk helder te hebben wat het NISB is en wil van de samenwerkende organisatie. Het hebben van een heldere propositie, afgestemd op de andere partij is hierbij noodzakelijk. Vervolgens is het belangrijk om de propositie intern en extern te communiceren. Hiervoor zijn kaders op het gebied van een breed gedragen beleid en een vast aanspreekpunt binnen het NISB nodig. Het dient te worden ingebed in de organisatiestructuur. Er moet niet gestreefd worden naar het wegnemen van de verschillen maar naar het overbruggen of zelfs inzetten van de verschillen in eerder genoemde formele en informele organisatieaspecten.
dc.description.sponsorshipUtrecht University
dc.format.extent1368318 bytes
dc.format.mimetypeapplication/pdf
dc.language.isonl
dc.titlePubliek-private samenwerking: Wanneer is één plus één nu echt drie?
dc.type.contentMaster Thesis
dc.rights.accessrightsOpen Access
dc.subject.keywordsPubliek, privaat, samenwerking, Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen, publiek-private samenwerking, organisatiecultuur, identiteit, structuur, propositie
dc.subject.courseuuSportbeleid en sportmanagement


Files in this item

Thumbnail

This item appears in the following Collection(s)

Show simple item record