Zingeving in het contact tussen huisarts en patiënt

Abstract

In Nederland is geestelijke verzorging in zorginstellingen (zoals ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen) geborgd in de Kwaliteitswet Zorginstellingen. Naast dat geestelijke verzorging door de borging in de wet een recht is, wordt het volgens de Vereniging van Geestelijk Verzorgers in Zorginstellingen (VGVZ) ook als noodzaak gezien. Volgens de VGVZ gaat het bij het huidige zorgconcept niet alleen om medisch-technisch en verpleegkundig handelen, maar is er ook aandacht voor het psychische, sociale en spirituele domein. De laatste wordt binnen een zorginstelling mogelijk gemaakt door geestelijk verzorgers. Echter, wie heeft er aandacht voor het spirituele domein buiten de zorginstelling? Dit onderzoek richt zich op de huisarts. De huisarts neemt een belangrijke positie in als het gaat om het medisch-technisch handelen buiten de zorginstellingen. Heeft de huisarts ook aandacht voor het spirituele domein? Hoe gaat de huisarts met het spirituele domein om? In dit onderzoek is binnen het spirituele domein gekozen voor zingevingsvragen. De centrale vraag in dit onderzoek is: Op welke manier gaan huisartsen om met zingevingsvragen in het contact met patiënten en hoe evalueren zij hun mogelijkheden op dit gebied? Hiervoor is een onderzoek gehouden onder vier huisartsen uit vier verschillende zorgcentra in Almere.