Strategisch formuleren in vragenlijsten.........mogelijk of onmogelijk? Een experimenteel onderzoek naar verschillende (soorten) contrastieve woordparen en hun formuleringseffecten
Summary
Met dit onderzoek is getracht tot een woordpaaradvies te komen ten gunste van valide vragenlijstonderzoek. Hiertoe zijn verschillende elementen in relatie tot vraagformulering onderzocht. Allereerst is aan de hand van een elektronisch afgenomen vragenlijst achterhaald in hoeverre er vraagformuleringseffecten voorkomen in een vragenlijst waarin contrastieve woordparen zijn gebruikt. Uit deze analyse blijkt dat van de 49 gehanteerde woordparen tien woordparen tot significante hoofdeffecten van formulering hebben geleid. De richting van de effecten wisselt. De meeste effecten komen overeen met de verbieden/toelaten-asymmetrie. Verder blijkt dat groepen, gedifferentieerd naar attitudes ten aanzien van levensbeschouwelijke thema’s, verschillend reageren op vraagformulering, zoals bleek bij vijf tegenstellingen.
Naast onderzoek naar het optreden van vraagformuleringseffecten is er tevens gekeken naar de samenhang van deze effecten met de respondentkenmerken attitudesterkte en opleidingsniveau. Het respondentkenmerk attitudesterkte blijkt in een teleurstellend klein aantal gevallen een samenhang te vertonen met formuleringseffecten, waardoor maar in een enkel geval mag worden aangenomen dat attitudesterkte een verklaring vormt voor het optreden van vraagformuleringseffecten. Hetzelfde geldt voor het respondentkenmerk opleidingsniveau.
Onderzoek naar het nut van het groeperen van woordparen in verschillende soorten contrastieven wijst uit, dat dergelijke groeperingen het optreden van significante vraagformuleringseffecten niet voorspellen.
Ten slotte kon stabiliteit in effect van woordparen alleen in een enkel geval worden aangetoond.
Ondanks de grilligheid van de formuleringseffecten is op basis van bovenstaande resultaten een woordpaaradvies gegeven ten gunste van valide vragenlijstonderzoek.