Interventie en non-interventie: Het Amerikaanse buitenlandse beleid ten opzichte van Guatemala en Argentinie, 1944-1955.
Summary
De Monroe Doctrine en haar verschillende uitvloeisels hebben sinds de afkondiging van de doctrine in 1823 tot en met de jaren tachtig van de twintigste eeuw het buitenlandse beleid van de Verenigde Staten ten opzichte van het Westelijk halfrond bepaald. Na de Tweede Wereldoorlog werd de dreiging van het opkomende communisme gebruikt als legitimatie voor een Amerikaanse invloedssfeer. Zo intervenieerden de Amerikanen in 1954 in de binnenlandse aangelegenheden van Guatemala met als doel het communistische gevaar de kop in te drukken. Echter de 'derde weg' positie van de Argentijnse president Peron werd met rust gelaten. Hoe kan dit? In deze scriptie wordt getracht een antwoord te geven op de vraag welke factoren het Amerikaanse non-interventie beleid ten opzichte van Argentinie bepaald hebben.