dc.description.abstract | In dit longitudinale onderzoek is de invloed van het zelfbeeld op internaliserend probleemgedrag (angstig en depressief gedrag, teruggetrokken gedrag en lichamelijke klachten) in de vroege adolescentie onderzocht. De invloed van sekse als mediator is in het onderzoek meegenomen. De 650 adolescenten, van twaalf tot zestien jaar oud, hebben vragenlijsten ingevuld over internaliserend probleemgedrag en over het zelfbeeld. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat probleemgedrag aan het begin van de vroege adolescentie een significante voorspeller is voor probleemgedrag aan het eind van de vroege adolescentie. Het zelfbeeld alleen heeft geen significante invloed op internaliserend probleemgedrag. Sekse heeft enkel een significant effect op lichamelijke klachten. Meisjes in de vroege adolescentie vertonen meer somatische klachten dan jongens. Er zijn verschillende significante interactie-effecten gevonden. Een lage score op probleemgedrag in combinatie met een laag zelfbeeld aan het begin van de adolescentie leidt tot meer probleemgedrag aan het eind van de vroege adolescentie. Wanneer er, daarentegen, een
hoge score is op probleemgedrag aan het begin van de adolescentie, is een hoog zelfbeeld niet in staat als buffer op te treden tegen de hoge score op probleemgedrag aan het eind van de vroege adolescentie. Sekse blijkt als moderator te fungeren tussen het zelfbeeld ten aanzien van schoolvaardigheden en angstig en depressief gedrag. In tegenstelling tot eerder onderzoek is er geen significant hoofdeffect gevonden van het zelfbeeld op internaliserend probleemgedrag. Beperkingen en aanbevelingen voor verder onderzoek worden besproken. | |