Competentiebeleving bij adolescenten met een licht verstandelijke beperking en de invloed hierop van geslacht, ego-ontwikkeling en de mate van gedragsproblemen
Summary
Doel Bij adolescenten met een licht verstandelijk beperking (LVB) en gedragsproblemen is de competentiebeleving bestudeerd. Tevens is de invloed van geslacht, ego-ontwikkeling en de mate van gedragsproblemen op de competentiebeleving onderzocht. Methode Bij 48 jongens en 42 meisjes in de leeftijd van 12-18 jaar (M = 15,29; SD = 1,68) is de competentiebeleving en de ego-ontwikkeling bepaald. Bij de ouders is een vragenlijst afgenomen over het probleemgedrag van hun kind. Resultaten Adolescenten met een LVB en gedragsproblematiek ervaren zichzelf het meest competent op hechte vriendschap en het minst op schoolse vaardigheden. Jongens hebben een significant hogere competentiebeleving dan meisjes op sociale acceptatie, sportieve vaardigheden, fysieke verschijning en gevoel van eigenwaarde. Alleen schoolse vaardigheden hangt positief samen met het stadium van de ego-ontwikkeling en sportieve vaardigheden vertoont een negatief verband. Ten aanzien van probleemgedrag blijkt dat alleen sociale beperkingen negatief samenhangen met het gevoel van eigenwaarde en sportieve vaardigheden. Conclusie Jongens hebben een hogere competentiebeleving dan meisjes. De competentiebeleving hangt in zeer beperkte mate samen met de ego-ontwikkeling en met de mate van probleemgedrag. Om gedragsproblemen te reduceren, moet de competentiebeleving worden bevorderd. Verder onderzoek naar de competentiebeleving van adolescenten met een LVB en gedragsproblematiek is echter gewenst.