De rol van orthografische vaardigheden bij het leren van de spelling van nieuwe Franse woorden bij Nederlandse dyslectische en niet-dyslectische leerlingen.
Summary
Achtergrond Door problemen met de verwerking en korte-termijn opslag van taalklanken (fonologische informatie) hebben dyslectici moeite met het leren van nieuwe woorden. Toch blijkt dat niet alle dyslectische leerlingen even veel moeite hebben met het leren van een vreemde taal. Dyslectici die relatief goed zijn in het lezen in een vreemde inconsistente taal (geen eenduidige klank-tekenkoppeling) blijken te beschikken over goede orthografische vaardigheden waardoor zij bij het lezen kunnen compenseren voor hun zwakke fonologische vaardigheden. Vraagstelling Wat is de rol van orthografische vaardigheden bij dyslectische en niet-dyslectische leerlingen bij het leren van de spelling van een nieuwe woorden? Methode 29 dyslectische en 28 niet-dyslectische leerlingen (gematched op intelligentie, gemiddelde leeftijd: 12;2 jaar) hebben twee maal de spelling van vijftien Franse woorden geleerd en zijn hierna getoetst. Er is gekeken naar de groei in beide groepen, voorspellers van de Franse spellingprestaties en of er binnen de dyslectische groep verschillende groepen te onderscheiden zijn op basis van orthografische vaardigheden terwijl de groepen niet verschillen op fonologische vaardigheden. Resultaten en conlusie Uit een herhaalde-metingen analyse blijkt dat de dyslectische leerlingen een lagere prestatie laten zien op de spelling van Franse woorden dan de niet-dyslectische leerlingen. Bovendien laten zij op twee van de drie uitkomstmaten een minder sterke groei zien. Uit een hiërarchische regressieanalyse blijkt dat bij alle leerlingen de prestatie op de eerste afname een goede voorspeller is voor de prestatie op de tweede afname. Bij de niet-dyslectische leerlingen zijn in dit onderzoek geen andere voorspellers gevonden. Bij de dyslectische leerlingen zijn technische leesvaardigheid en fonologische vaardigheden in wisselende mate voorspellers. Orthografische vaardigheden zijn bij deze groep significante en relevante extra voorspellers. Na uitvoering van een multivariate covariantieanalyse blijkt dat de verschillen in Franse spellingprestaties tussen drie groepen dyslectische leerlingen (verdeeld op basis van hun orthografische vaardigheden) niet verklaard kunnen worden door compenserende orthografische vaardigheden. Dyslectici met goede orthografische vaardigheden lijken ook op andere gebieden beter te presteren waardoor hun betere Franse spellingprestaties eerder het gevolg lijken te zijn van een minder ernstige dyslectische problematiek. Tot slot moet vermeld worden dat de onderzoeksgroep te klein was om ook binnen de groepen goed verschillen tussen leerlingen op te kunnen merken.